Wat je ze mag voeren hangt af van welk seizoen het is. Ieder seizoen hebben de vogels een andere behoefte. Hieronder een klein overzicht met welk tuinvogelvoer je de vogels mag voeren in welke tijd van het jaar.

Lente
Dit is een drukke periode voor de tuinvogels. Ze moeten een partner zoeken, een nest bouwen, eieren leggen, broeden en de jongen groot brengen. Vaak doen ze dit ook nog eens twee keer achter elkaar. Het is belangrijk dat de vogels in de lente genoeg eiwitten en kalk binnen krijgen. Normaal gesproken halen vogels deze uit insecten maar het kan voorkomen dat er door omstandigheden maar weinig insecten te vinden zijn. Om ze te helpen hiermee kun je meelwormen en 4-seizoenenvogelvoer aanbieden. Als je ze kalk wil aanbieden kun je uitgekookte fijngestampte eierschillen geven.

Zomer
In de zomer zullen vogels beginnen te ruien. Ze krijgen dan een nieuw verenpak die ze tegen de kou van de winter moeten gaan beschermen, of dat ze moet helpen om naar het zuiden te trekken. In deze periode hebben ze veel behoefte aan eiwitten. Ook nu kun je de vogels weer meelwormen en 4-seizoenvogelvoer aanbieden.

Herfst
In de herfst wordt het weer wat kouder. De vogels zullen dan dichterbij huis komen om te zoeken naar een plek waar ze in het najaar aan eten kunnen komen. Als je graag vogels in de tuin wil is dit het moment om ze te gaan voeren. Ze zullen dan terug blijven komen omdat jouw tuin een zekerheid voor eten wordt. In de herfst kun je de vogels vetbollen, vetblokken en pinda’s aanbieden.

Winter
In de winter kost het tuinvogels veel energie om hun lichaam op temperatuur te houden. De lichaamstemperatuur van een vogel is 40 graden. Tijdens een hele koude nacht kunnen kleinere soorten vogels soms wel 10 procent van hun gewicht verliezen. Het is daarom goed om ze zeker in deze periode bij te voeren. In de winter kun je vetbollen, vetblokken en pinda’s aanbieden.

Ook kun je tijdens lichte vorst drinkwater aanbieden. Vogels badderen, ook als het zo koud is. Dat is niet zo erg want het water zal van de ingevette veren afrollen en niet bevriezen. Bij strenge vorst kun je dit beter niet doen omdat het water dan sneller bevriest. Als er sneeuw ligt kunnen ze dit oppikken, zo niet dan kun je eventueel wat ijs vergruizen zodat ze dat op kunnen pikken. Dit is wel koud en kost daarom weer energie maar zo krijgen ze wel vocht binnen.